Archive for category In Memoriam

In Memoriam, Otto Fritz

Posted by on maandag, 11 november, 2024

Vandaag nemen we afscheid van Otto, een dierbaar mens die veel levens heeft geraakt, waaronder zeker ook de onze. Otto was voor velen meer dan alleen een vriend – hij was een bron van warmte en onvoorwaardelijke steun. Wat begon als een bijzondere ontmoeting, toen Thea, toen al een goede vriendin van Janet en mij, opeens een scharrel had, een nieuwe liefde, Otto.  Dit groeide voor ons al snel uit tot een van de meest waardevolle vriendschappen die we konden koesteren.

Met zijn unieke Otto-humor en zijn oprechte, warme persoonlijkheid wist hij zelfs op de zwaarste momenten een glimlach te toveren op de gezichten van de mensen om hem heen. Hij werd dan ook treffend omschreven als: ‘Een grote knuffelbeer, je moet hem alleen niet kwaad maken.”

Onze herinneringen aan Otto zijn een aaneenschakeling van momenten vol gezelligheid: de spontane BBQ’en, weekendjes weg, etentjes, verjaardagen en van die zomaar ontmoetingen waarbij zijn aanwezigheid de kamer altijd vulde met warmte en plezier. Tijdens een van deze weekendjes weg met vrienden ontstond ook zijn iconische uitspraak: “Ik zal je in de Muze gooien” – een zin die inmiddels bijna legendarisch is en die ons telkens weer doet glimlachen en ons laat herinneren aan de mooie weekendjes. Of de keer dat hij tijdens een etentje bij de Wok door Mitchell per ongeluk een paar biertjes over zich heen kreeg – niet in zijn glas, maar in zijn nek! Otto kon er na de eerste schrik wel de humor van inzien en lachte er hartelijk om. Nu we de Wok toch aangehaald hebben, ook het eten bij de Wok van slakken was iets waar Otto wel raad mee wist. Hoewel ze bekendstaan om hun traagheid, waren ze bij hem zo verdwenen.Maar Otto was veel meer dan alleen een bron van gezelligheid.

Het werken als vrachtwagenchauffeur was zijn ware roeping, en wanneer hij begon te vertellen over zijn vak, kwam hij helemaal tot leven. Zijn ogen begonnen te glinsteren, en een brede glimlach verscheen op zijn gezicht. Zijn passie werkte aanstekelijk. Iedereen die naar hem luisterde, voelde diezelfde drang om vrijheid en avontuur te proeven. Otto sprak met zo’n warmte en enthousiasme dat je zijn liefde voor het vak haast kon voelen. Het was niet zomaar werk voor hem; het was een levensstijl die hij koesterde en met plezier deelde met iedereen die het wilde horen.

Otto stond bij ons bekend om zijn enorme hart en zijn onvoorwaardelijke inzet voor anderen. Zijn spontaniteit en de oprechte passie waarmee hij zich inzette voor de mensen om hem heen, maakten hem tot een rots waarop iedereen kon leunen. Niet alleen binnen onze eigen kring, maar ook in de bredere vriendengroep was hij de persoon bij wie je altijd terecht kon. Otto was er altijd, gedreven door de passie om voor anderen klaar te staan – zonder voorwaarden en met een warmte die hij vanzelfsprekend vond.

Otto gaf zichzelf altijd volledig. Zijn levensmotto leek simpel: geniet van de kleine dingen, en geef waar je kunt. Hij gaf ons zoveel vreugde en vriendschap, dingen die we nu koesteren als een kostbaar geschenk. Met een luisterend oor en wijze raad stond hij altijd klaar om iedereen te helpen. We zullen Otto dan ook herinneren als een bron van kracht en liefde, iemand die zijn eigen licht scheen en dat gul deelde met iedereen om hem heen.

Hoewel hij nu niet meer bij ons is, leeft zijn geest voort in onze herinneringen en in de levens die hij heeft geraakt. Zijn nalatenschap blijft bestaan in de mooie momenten die we samen deelden en in de vreugde die hij ons bracht.

Otto. Bedankt voor alles wat je ons hebt gegeven. Je blijft voor altijd, hierbij ook sprekend namens onze vriendengroep en verdere aanhang, in ons hart. We zullen je niet vergeten. Goede reis, vriend.

Paul Denee

Posted by on woensdag, 15 december, 2010

Vandaag ben ik naar een begrafenis geweest.
Zo triest. Een ,sinds heugenis, goede vriend van mijn zoon. Een jonge jongen nog, 24 jaar. Vol levenslust en hoge verwachtingen voor zijn leven. En dan telefoon, een ongeluk en daar sta je dan. Wat zeg je op zo’n moment, mijn zoon en schoondochter in en in verdrietig. Altijd waren ze met een groep vrienden en dan, een ongeluk, één minuut, één telefoontje, Paul komt niet meer langs. Paul komt niet meer in de kroeg, Paul is er niet meer.

Vandaag ben ik naar een begrafenis geweest.
Om niet te laat te komen waren we ruim op tijd vertrokken. Bij aankomst blijkt dat we de aula niet meer in kunnen. Vol. We mogen in de koffiekamer, kunnen we in ieder geval  via de geluidsinstallatie, het geluid nog horen van de bijeenkomt. Ook de koffiekamer is in een mum van tijd vol en de gang begint zich te vullen. Er waren meer mensen, die speciaal voor Paul waren gekomen.

Vandaag ben ik naar een begrafenis geweest.
Waarom schrijf ik hier, misschien voor niemand, dat ik naar een begrafenis ben geweest? Ik werd hier echt getroffen door een toespraak van de broer van Paul, die in een korte anekdote, in één keer vertelde wie Paul was.

“We waren met vrienden wezen stappen en kwamen na het nuttigen van een paar alcoholische versnaperingen de kroeg uitzetten. Ik (de broer) kon geen stap meer verzetten en ging even zitten en viel in een diepe slaap. Paul probeerde me wakker te maken, maar had geen schijn van kans. Paul probeerde me een aantal keer wakker te maken maar zonder het gewenste effect. Wat te doen, Paul laat geen broer of vriend in de steek. Paul bedacht zich niet en ging er naast liggen, om bij zijn broer te slapen”.

Dat was Paul. Paul was er voor je. Het was misschien niet de handigste oplossing, maar Paul liet je niet alleen. Dit is precies zoals ik Paul ken en me hem altijd zal blijven herinneren. Rust zacht, Paul

Vandaag ben ik naar een begrafenis geweest.